Te weinig te laat (9 april)
De uitgangssituatie voor team 4 in de laatste wedstrijd van het seizoen, uit tegen het nog puntloze Spijkenisse 4 op vrijdag 8 april, was duidelijk. Met 2 MP en 5½ BP achterstand op een veilige zesde plaats, terwijl die nummer 6 Messemaker 1847 3 diezelfde avond uit tegen Moerkapelle 2 moest spelen, was in ieder geval een giga-overwinning, bij voorkeur met 8-0, nodig, en dan maar hopen dat Messemaker 1847 3 fors zou verliezen. Hoe anders kan het lopen ...

Het begin was heel onkarakteristiek. Arrian, met wit aan bord 3 tegen Karel van den Burg, speelde voor het eerst in 20 jaar de doorschuifvariant tegen het Frans, daar waar hij normaal gesproken de afruilvariant speelt; er moest immers gewonnen worden, ook al had hij in het verre verleden zeer slechte ervaringen met die doorschuifvariant. Arrian, niet behept met enige openingskennis in die variant, tegen Karel, die bekend staat om zijn grote openingskennis ... hoe zou dat aflopen? Wel, toen Karel kwaliteitsverlies uit de weg ging door Arrians paard voor Pacman te laten spelen - met twee pionnen én een toren als slachtoffer - en vrijwel direct daarna nog een stuk eraan ging, was de winst nog vóór negenen binnen voor Arrian (0-1).

Alom verbazing bij team 4 natuurlijk; Arrian had dit seizoen nog geen externe partij voor team 4 gewonnen, en doorgaans lopen zijn partijen uit op langdurige affaires waarbij hij een mindere stelling al dan niet succesvol moet zien te keepen. De situatie op de andere borden gaf echter niet bepaald reden tot optimisme. Sommige spelers stonden ietsje beter, andere spelers ietsje slechter. Een 8-0 leek in ieder geval ver uit zicht.

De volgende partij werd pas enkele uren later beslist. Wouter, met wit aan bord 5 tegen Simon van der Beek, leek lang niets te bereiken. Met ieder een toren, twee lichte stukken en vijf pionnen was het naarstig zoeken naar mogelijkheden, en dat ging Wouter uiteindelijk goed af. Simons koning werd onder vuur genomen, hetgeen uiteindelijk een stuk opleverde. Toen Wouter vervolgens een matnet breide, stond de 0-2 op het scorebord.

Hierna kwamen vrij snel achter elkaar de volgende uitslagen tot stand. Ed, met zwart aan bord 8 tegen John Dessens, stond straalverloren. Het enige dat John had moeten doen, was veel sneller zijn vrije a-pion naar a7 te spelen, L op c6 te zetten en vervolgens een stuk te winnen door te promoveren. Dat ging hij echter pas doen, nadat hij zeer onnodig eerst een stuk had verspeeld. Het resterende eindspel met ongelijke lopers en voor Ed een pion meer werd vervolgens remise.

Bij Wijnand, met zwart aan bord 4 tegen Peter Leentvaar, ging het opeens mis. Ik heb niet precies gezien wat er gebeurde, maar de stelling was erg onduidelijk. Ook bij Leo van Dongen, met zwart aan bord 2 tegen Peter Zeeman, ging het niet helemaal goed. Leo was bezig een aanval op te bouwen, toen hij ineens verrast werd door een nogal vervelende vork. Het kostte te veel materiaal om er nog iets van te kunnen maken en aangezien zijn tegenstander alle trucjes omzeilde, was er geen houden aan. Ook de met zwart spelende Martin, aan bord 6 tegen Frank Buijck, keek tegen een rotstelling aan. Met alleen zware stukken op het bord werden een pion achterstand én een dramatisch ingesnoerde stelling Martin fataal. En zo stond team 4 dus met 3½-2½ achter en was degradatie nu echt definitief.

Er resteerden nog twee witte borden aan onze zijde. Emilian, invallend voor Brian aan bord 7 tegen Herman van Os, had een heel ingewikkelde stelling waarin vanalles kon gebeuren. Toen Herman dacht met een combinatie materiaal te kunnen winnen, bleek hierin een enorm lek te zitten, waar Emilian handig van gebruik maakte. Toen laatstgenoemde zo'n beetje een dierentuin voor stond, werd (eindelijk) opgegeven (3½-3½).

Als laatste was Paul Dekker aan bord 1 nog bezig tegen Patrick Meijer. Lang was het een zeer dichtgeschoven stelling, waarbij Paul erg op de open h-lijn moest blijven letten. Hoewel hij een kwaliteit voorsprong verkreeg, stonden zijn witte loper en één toren heel lang buitenspel, waardoor hij effectief met een stuk minder speelde. Desondanks bleef Paul geduldig, en mede dankzij de tijdnood van zijn tegenstander wist hij het punt over de streep te trekken. Daarmee won team 4 de laatste wedstrijd met 3½-4½, maar genoeg was het niet.

Toen ik thuis kwam, bleek ik de uitslag van Moerkapelle 2 - Messemaker 1847 3 in de mail te hebben. In plaats van de gehoopte grote overwinning van Moerkapelle 2 bleek Messemaker 1847 3 met 2½-5½ gewonnen te hebben. Nogal opvallend hierbij was dat Moerkapelle 2 bijzonder zwak was opgekomen; hun gemiddelde teamrating was maar liefst 145 punten lager dan in hun wedstrijd tegen ons. Tja ... (Arrian)

   Spijkenisse 4           1569 - RSR Ivoren Toren 4      1651 3½ - 4½
1. Patrick Meijer          1685 - Paul Dekker             1717 0  - 1
2. Peter Zeeman            1720 - Leo van Dongen          1696 1  - 0
3. Karel van den Burg      1613 - Arrian Rutten           1726 0  - 1
4. Peter Leentvaar         1522 - Wijnand Dobbinga        1637 1  - 0
5. Simon van der Beek      1499 - Wouter Scheffer         1595 0  - 1
6. Frank Buijck            1632 - Martin Jaspers Focks    1625 1  - 0
7. Herman van Os           1473 - Emilian de Kievit       1529 0  - 1
8. John Dessens            1407 - Ed van Doorn            1681 ½  - ½