Een lange neus voor Spijk (5 maart)
In deze fase van de strijd in de Promotieklasse heeft elk puntverlies grote gevolgen voor zowel de strijd om de
laatste degradatieplaats als de titel. Het derde team moest het dit keer tegen
koploper Spijkenisse 2 opnemen
zonder basisspelers Leo de Jager en Joop Klijn.
Gelukkig ontwaakten invallers Rob van der Plas en Peter Torczynski
juist op tijd uit hun winterslaap en daarmee kon de wedstrijd met enig vertrouwen tegemoet worden
gezien.
Peter liet aan bord 2 het eerste punt aantekenen, doordat zijn loperpaar precies
op tijd een paar doorgebroken centrumpionnen kon tegenhouden. Paul
Dekker had in zijn welkomsttoespraak weer het nodge venijn gelegd met
“maar wij willen misschien ook wel voor het kampioenschap gaan”, maar op zijn
bord ontbrak al snel zijn dame - opgegeven voor toren en loper. Rob Kalkman
moest nog even nauwkeurig spelen, maar de dame was toch echt het sterkste
stuk. (1-1). Gelukkig hoeft Paul zijn creatieve energie de komende twee wedstrijden
niet meer te verspillen aan speeches, zodat hij nog alle kans heeft om zijn
paaseierreeks te beëindigen.
Alek had in een draak zijn toren tegen Pc3 geofferd, maar de vraag was of hij
daar voldoende pionnenhout voor terugkreeg. Toen Erik in 't Groen op het laatst door
een vingerfoutje zijn toren opgaf via een pionvork, was het over (2-1). Op dat
moment stond Plas met zijn rug tegen
de muur van Ricardo Klepke, niet ten
onrechte wordt hij er van verdacht de talentvolste speler uit de hele RSB-competitie
te zijn. Over de hele linie minder met geblokkeerde d7-pion en dreigende
koningsaanval èn een toren op de derde rij zag het er zorgwekkend uit,
maar Plas trok alle verdedigingsregisters open en zorgde tegelijk voor een lichte
voorsprong in tijd. Op het eind stond Ricardo nog steeds beter, maar dat zou
een lastige technische klus worden met nog maar 5 minuutjes, remise dus (2½-1½).
Michael had met zwart op bord 3 tegen
Ruud van der Beek een minder eindspel
met achtergebleven b-pion. Hij probeerde het wel met listige truken, maar
uiteindelijk ging die b-pion er toch af en stond het weer gelijk (2½-2½). Dat bleef zo toen
Mark er in steeds gunstige stelling
tegen Nick Groeneweg niet doorheen kon komen (3-3).
In een Pirc ging ik zelf eerst met de verkeerde pion naar voren (e5 ipv d5), maar
een paar zetten later sloeg Daniel Zevenhuizen met de verkeerde pion (dxe5 ipv
cxd4), waarna het een wat eenzijdig verhaal werd. Grappig was dat er lang een
buitenspel staand zwart paard in stond, die ik mooi als wisselgeld kon gebruiken
om zijn hele koningsstelling weg te offeren. Er waren vele en misschien wel betere
winstwegen, maar gelukkig hield ik me aan een vooraf bedacht plan, zodat het
hoewel tactisch ingewikkeld, toch simpel bleef (4-3).
Bob had toen nog 3 minuten over om een aanval met toren en dame af te slaan
en zelf de koning van Selman Ercan mat te zetten. Dat was aan topfitte Bob mèt
nieuwe baan wel toevertrouwd.
En zo vertrokken de Spijkneusjes wat bleekjes uit de NIVON-tempel, want door deze
5-3 winst is er voor de Spijkjeugd
geen reeël uitzicht meer op promotie, maar zoals hun teamleider bij het heengaan terecht al opmerkte,
‘onze tijd komt nog’ en zo is het maar net.
De Willige Dame en Messemaker gaan voor de titel en wij zitten op het vinkentouw. De eerste 7 ronden lijken
op een hink-stap-stap-sprong en we zullen zien hoever de hakken over de sloot komen. Wel bedenkend dat het
ook met deze positieve score nog altijd mogelijk is om in de degradatiesloot te eindigen...
(Koots Keet, met dank aan de betere waarnemingen van Joop en de analyse van Bob)
RSR Ivoren Toren 3 1941 - Spijkenisse 2 1858 5 - 3
1. Rob van der Plas 2123 - Ricardo Klepke 2007 ½ - ½
2. Peter Torczynski 2049 - Rick van der Pluijm 1935 1 - 0
3. Michael Fung 1924 - Ruud van der Beek 2001 0 - 1
4. Herman Keetbaas 1943 - Daniel Zevenhuizen 1895 1 - 0
5. Mark Beijen 1782 - Nick Groeneweg 1627 ½ - ½
6. Bob Hoos 1876 - Selman Ercan 1763 1 - 0
7. Alek Dabrowski 1935 - Erik in 't Groen 1831 1 - 0
8. Paul Dekker 1899 - Rob Kalkman 1801 0 - 1
|