Virussen & dromen (19 december)
“I have a dream that one day the third will change coins with the second”, zo ongeveer
luidde de toon van de speech, die co-teamleider Paul Dekker aan het begin van dit seizoen
onze beduusde derde teamleden meegaf, om zo wat moed in te spreken voor wat een loodzwaar
seizoen in de Promotieklasse zou gaan worden.
Niemand geloofde natuurlijk deze onrealistische onzin, want speelde nog maar een paar
maanden geleden ons tweede niet met veel moeite gelijk tegen Moerkapelle 1?
Maar na de onwaarschijnlijk geachte winst met 5˝-2˝, is de wil van team 3 om er meer van te maken
dan alleen maar degradatie ontlopen, helemaal terug - van eigenlijk nooit weggeweest. Wat
heet - het zal nog moeite kosten om de euforische gevoelens bijtijds de kop in te drukken
voor de volgende partij tegen Fianchetto 1. Het is nu eenmaal zo dat team 3 spelers van
nature besmet zijn met het overmoedigheidsvirus, waardoor zij, na 3 overwinningen op rij,
geneigd zijn er te licht over te denken.
Maar de realiteit is natuurlijk dat, als we de laatste 5 wedstrijden verliezen, we er
gewoon uit liggen.
Helemaal kansloos voor de hoogste plaats zijn we daarentegen nog lang niet, want met
alle sleutelwedstrijden voor de boeg, hebben we alles in eigen hand, zoals dat zo mooi heet.
De opstelling tegen Moerkapelle mag gelukkig genoemd worden, want in tegenstelling met
vorige wedstrijden werden de hele punten gescoord aan de hoogste borden, of, anders
bekeken, de winnende overscore werd behaald door Paul, Michael en Bob. Effectiever
kon het niet zijn. Veel kan het allemaal niet uitgemaakt hebben, want alle spelers
van beide teams zijn vrijwel aan elkaar gewaagd. Op mysterieuze wijze waren onze
spelers, die op hogere borden zaten dan verwacht, echter geďnfecteerd met het wil-winnen-virus
en dat gaf de doorslag.
Paul Dekker zat al gauw in een symmetrische stelling met 1 open lijn en wat zware stukken,
waarin weinig viel te halen. Michael won een pion met ongelijke lopers, maar zag geen
kans om de dames op bord te houden en dus remise. Het meest zorgwekkend oogde de stelling
van Bob, die dreigende zwarte paarden en een koningsaanval op zich af zag komen. Gelukkig
greep hij bijtijds in en belandde in een stelling met een kwaliteit meer tegen een handvol
pionnen, die wat vroegtijdig remise werd gegeven.
Ondertussen had Alek heel snel na de opening dames geruild en een pionnetje gewonnen, of
anderom; het werd een technische kwestie, die krachtig uitgeschoven werd. Leo de Jager had onderste
rij-grappen in de stelling gebreid, die hij knap uitbuitte. Mark had steeds het beste van
het spel en kon op het laatst een mat in 2 in de stelling brengen, die Maarten Vroegindeweij
blijkbaar overzag.
Hele aardige jongens, trouwens, die Moerkapellenaren. Je vraagt je af waar al die
vroegere incidenten toch vandaan kwamen. Zo kreeg ik al snel na afloop van de partij
de complimenten voor een noodzakelijk geworden creatieve verdediging. Hugo van Elteren
had namelijk al vroeg in de partij een batterij Dd3-Lb1 opgesteld en dreigde ook nog eens
de h-lijn te openen, terwijl mijn koning op h8 stond. Ik moest dus zelf veel materiaal
offeren om in elk geval niet snel mat te gaan en speelde op stellingen waarin wit veel
keuzes te maken had, die veel tijd opslurpten. Dat lukte, want de stelling werd gelijk.
Alleen van dat laatste waren we ons beiden niet bewust. Ik draafde meteen door met Txf2,
omdat ik dacht alle matvelden op de onderste rij te hebben afgeschermd en dat was ook zo,
alleen zat er enorme krater op g7, waarop wit gewoon zijn volle dame kon offeren met mat
in 5. In tijdnood zag niemand dat en daarom viel de uitslag wat hoger uit, dan nodig was
(het stond toen al 4˝-1˝).
Invaller Wil Sparreboom tenslotte hield het het langste vol. Hij verloor als enige
weliswaar, maar dat kwam doordat hij nog niet voldoende besmet was met bovengenoemd
virus, al zit die wel in zijn naam. Dame en paard bleken in elk geval veel sterker dan
Wils torens en paard. Maar hij speelde dan ook tegen niemand minder dan de topscorer
van de Promotiedivisie, Jesse van Elteren, en dus een hele nuttige rol als bliksemafleider.
Probeer een kaarsje af te steken en dan crescendo tegen Fianchetto op 9 januari!
(Koots Keet)
RSR Ivoren Toren 3 1896 - Moerkapelle 1 1900 5˝ - 2˝
1. Herman Keetbaas 1943 - Hugo van Elteren 1893 1 - 0
2. Wil Sparreboom 1891 - Jesse van Elteren 1980 0 - 1
3. Alek Dabrowski 1935 - Wouter Vroegindeweij 1997 1 - 0
4. Leo de Jager 1921 - Gerard van Ommeren 2033 1 - 0
5. Mark Beijen 1782 - Maarten Vroegindeweij 1863 1 - 0
6. Paul Dekker 1899 - Christiaan Noorland 1703 ˝ - ˝
7. Michael Fung 1924 - Andre Nieuwlaat 1889 ˝ - ˝
8. Bob Hoos 1876 - Arno Luinenburg 1839 ˝ - ˝
|