Bagger of slijmerige vis (7 februari)
Op 2 februari toog ons 2e team naar het lastig bereikbare buitengewest van de RSB, Sliedrecht. Nu is heen gewoon een kwestie van op tijd vertrekken, maar de terugweg beloofde vooral voor Herbert een race tegen de klok te worden. De wedstrijd begon dan ook daags van tevoren met wat getouwtrek rond een zo vroeg mogelijk aanvangstijdstip. Het lijkt wat contra-intuitief, maar gelukkig heeft wat dat aspect betreft het uitspelende team het meest in de melk te brokken, met dank aan Arrian voor het opdiepen van ter zake doende info uit het Grootboek voor de Rechten van Uitspelende Teams.

Het grote dorp Sliedrecht, dat in 1978 dreigde op te gaan in de vaart der volkeren met de komst van een IKEA, die echter 10 jaar geleden werd gesloten, legt zich nu weer toe op zijn corebusiness - baggeren. De trein met maar liefst 2 stations en de snelweg razen nog door het dorp, waardoor het wat verweesd oogt en dat zich de laatste jaren vooal het hoofd breekt over de effecten van GEN-X, de nieuw bedachte naam door het aan de overzijde gelegen Chemours voor PFOA's oftewel fluorpolymeren, een verdacht goedje en grondstof voor de teflonlaag in de gelijknamige pannen, waarvoor onlangs de naam ZZS is bedacht - Zeer Zorgelijke Stof, wat in het Sliedrechtse algauw als een politieke overwinning wordt beschouwd.

In de lange treinreis naar Sliedrecht filosofeerden Spaan en ik nog wat over de betekenis van Drechtsteden. Drecht betekent doorwaadbare plaats in een rivier, evenals -trecht, -tricht en -voorde. Maar waar die voorvoegsels Dor-, Zwijn-, Papen- en Slie- voor staan, is volslagen duister. Voor Dor & Zwijn zijn de riviertjes Thure en Swin bedacht op basis van interpretaties van slechts 1 geschreven middeleeuwse bron, maar deze stroompjes staan al eeuwenlang niet meer op de kaart. Thuredrith zou evengoed naar driemaal scheepsrecht kunnen verwijzen of naar de rivierendriesprong en zo zijn de historici en naamkundigen nog wel even bezig met het verzinnen van fakenieuws.
Sclidreth lag in de elfde eeuw trouwens aan de overkant van de Merwede, maar nadat het definitief verzopen was na de 3e St-Elizabethsvloed van 1424, verplaatsten de bewoners zich - via de doorwaadbare Merwede en waarom dan niet Merwedrecht? - naar de overzijde, waar het Over-Sliedrecht ging heten, maar dat "over" werd al snel overbodig, omdat het oorspronkelijke Sliedrecht niet meer was.
Omdat Slie geheten stroompjes nooit gevonden werden, ging men andere dingen verzinnen. In de Middeleeuwen werd Slie als Slij geschreven, plak er een M achter en zo gelooft de plaatselijke historische vereniging dat Slie verwijst naar de plaatselijk veel aanwezige, slijmerige vis, zeelt geheten. Nog een wonder dat Boskalis nooit op het idee gekomen is om er een K achter te plakken. Toch mooi dat het bedrijf zo'n stevige historische ondergrond niet nodig achtte.

Bij zulke diepgravende mijmeringen is een schaakwedstrijd zo voorbij en ik verwijs dan ook graag naar het niets op aan te merken verslag van Sliedrecht 2 zelf: Tweede team laat favoriet glippen. Er aan toegevoegd moet worden dat Wil al vroeg bezig was Wim Hokkens openingsopzet te weerleggen en dat Leo de hele wedstrijd tegen de ruilgrage Theo Dekker een miniem voordeeltje in een dame-eindspel aan het uitmelken was, terwijl ikzelf probeerde om het frans uit te vinden door vergeefs te bewijzen dat de slechte loper juist goed is. Teunis den Rooijen kwam zo goed te staan met open lijnen voor torens, loperpaar en onaantastbaar paard op e5, dat het lastig werd om een keuze te maken uit vele goede plannen. Uiteindelijk raakte hij zo in paniek over alle gemiste mogelijkheden, dat het roer omsloeg. Iets soortgelijks overkwam Wil. Leo, als laatste bezig, leek met de witte stukken te gaan oogsten op het moment dat hij zijn bril afzette. Volgens hem ziet hij met bril de eerste 4 rijen scherp en zonder de laatste 4, waar op dat moment inderdaad beide koningen stonden:

Leo (wit) aan zet.

   Sliedrecht 2            1907 - RSR Ivoren Toren 2      2018 3  - 5
1. Kees Wessels            1877 - Paul Batenburg          1999 ½  - ½
2. Hans Klein              1939 - Rob van der Plas        2144 0  - 1
3. Floris Verweij          1830 - Herbert van Buitenen    2116 0  - 1
4. Jerry van Rekom         1877 - Nathanael Spaan         2132 0  - 1
5. Theo Dekker             1933 - Leo de Jager            1933 1  - 0
6. Teunis den Rooijen      1907 - Herman Keetbaas         1946 0  - 1
7. Wout Boer               1945 - Alek Dabrowski          1985 ½  - ½
8. Wim Hokken              1945 - Wil Sparreboom          1885 1  - 0