Tweede team voorkomt vroege crisis na benauwd gelijkspel (3 december)
Na een nederlaag en een overwinning moest het tweede team vol aan de bak in en tegen Charlois, de club we love to hate. Hun derde werd ingeschat als een rechtstreekse concurrent voor promotie. Dus: aanhaken of afhaken? Vechten of vluchten? Kopman Rob gaf het slechte voorbeeld door tegen Henk vd Velde, die vorig jaar een Fischer-comeback maakte na 13 jaar afwezigheid, ongeïnspireerd, onnauwkeurig en bloedeloos op remise af te stevenen, met wit nog wel. Iets teveel Karjakin gekeken de laatste tijd. Het leek of hij heel graag als eerste klaar wilde zijn om dit stukkie te mogen schrijven. Alleen bleek Alek (bord 8) nog eerder klaar; hoofdpijn, slecht geslapen, en als tegenstander Viktor vd Wetering dan ook nog f4 speelt in de draak, ja dan gaat het hard (½-1½). Net zo genereus als zijn stelling gaf Alek vervolgens ook zijn stukkie-schrijfrechten op. De overige zes warriors begrepen gelukkig wel dat er behalve punten, ook clubeer en prestige op het spel stonden. Na de reünie-achtige entree werd de stemming eindelijk grimmiger. Spaan (3) liet Alek ten overvloede zien dat de draak eigenlijk niet meer kan op dit topniveau. Lg7 afruilen, f7 aanvallen, en als je dan ongehinderd een zet als Txg6+ mag uitvoeren, weet je het wel. De arme Filip Borst kon alleen nog rekken, zodat tussendoor Charlois nog even een puntje kon uitlopen. Paul Batenburg (4) verloste zichzelf en toeschouwers waaronder oud-captain Arnold uit hun lijden door in beroerde planloze stelling maar een stuk weg te geven (1½-2½). Het begon er beroerd uit te zien voor het gereanimeerde jaren '80 dream team. Herbie (2) was niet helemaal lekker uit de vreselijke Trompovski-opening van Gijsbert Kamerman gekomen, maar had wel flinke rommelkansen. Leo (5) had een kansrijk toreneindspel, maar Wil (7) kon het ongelijke lopereindspel nooit winnen. Als interim-koots berekende ik de statistische kans op 3-4 het grootst en daarom gaf ik Keet (6) de opdracht om in troebel water te vissen. Zoals alle ervaren schakers weten bestaan er leugens, hele grote leugens en statistieken, wat wederom werd bewezen. Leo koos enkele keren voor de moeilijkste weg maar net toen heel Charlois het halfje al telde, dwong Leo torenruil af en won het pionneneindspel op 1 tempo (2½-2½). Scherp berekend! Herbie koos keer op keer voor de meest complicerende zet, helaas had Gijsbert steeds het juiste antwoord voorradig. Een kansloos eindspel met twee minpionnen was het enige dat restte (2½-3½). Keets schuifie-schuifie pogingen hadden ondertussen een averechts effect; tegenstandster Angelique Osinga kwam steeds iets beter te staan i.p.v. slechter. Alleen de eeuwige tijdnood van de witspeelster bood nog enige hoop. Groot was de opluchting dan ook toen Wils tegenstander, wiens naam we uit piëteit niet zullen noemen, vreselijk blunderde en het niet te verliezen eindspel opeens verloor. Dus toch 3½-3½ in plaats van de berekende 3-4. Toen Angelique gezien de klok haar winstpogingen staakte kon het zwaarbevochten gelijkspel zowaar als een morele overwinning aanvoelen.

Zodoende werd al vroeg in het seizoen een hevige crisis op het nippertje afgewend. Koots Keet mag nog even blijven zitten, het bestuur schortte de reeds gestarte onderhandelingen met beoogd opvolger Philippe Blankert voor onbepaalde tijd op. Maar nog meer puntenverlies kan catastrofaal zijn voor Keets koots-ambities, alsmede voor de promotiekansen van team twee. De stormbal hangt om vijf voor twaalf aan een zijden draad! (Plas)

   Charlois Europoort 3   1969 - RSR Ivoren Toren 2    2018 4  - 4
1. Henk van der Velde     2073 - Rob van der Plas      2144 ½  - ½
2. Gijsbert Kamerman      2059 - Herbert van Buitenen  2116 1  - 0
3. Filip Borst            1972 - Nathanael Spaan       2132 0  - 1
4. Marcel den Bleker      2006 - Paul Batenburg        1999 1  - 0
5. Melvin Holwijn         1950 - Leo de Jager          1933 0  - 1
6. Angelique Osinga       1905 - Herman Keetbaas       1946 ½  - ½
7. Joris Geene            1854 - Wil Sparreboom        1885 0  - 1
8. Viktor van de Wetering 1932 - Alek Dabrowski        1985 1  - 0