Bekerteam eruit gekegeld door Shah Mata (18 februari)
Op dinsdag 16 februari is ons RSB-bekerteam in de kwartfinale op nogal blamerende wijze door Shah Mata terug naar huis gestuurd. Nooit eerder leek een finaleplaats zo makkelijk te bereiken als dit seizoen, dachten wij. En dat was denkfout nr.1, want bekerwedstrijden kunnen alleen maar worden gewonnen alsof het de laatste is. We kunnen natuurlijk Arrian Rutten de schuld geven, die dit bekertussendoortje in de drukste week van het jaar gepland had, waar op vele borden tegelijk wordt geschaakt. Of Paul Dekker gelijk geven met zijn 'never change a winning team', Shah Mata-kenner Alek verving immers Arend. Denkfout nr.2, want al die sociale onderonsjes leidden maar af.

Maar nee. Afgezien van Fung, die bekerzen in zijn genen heeft, was die juiste bekerconcentratie er gewoon niet. Om te beginnen bij mij, waar dit seizoen de punten als rijpe appelen als vanzelf in mijn mand lijken te vallen, op zich al een recept voor verslappende concentratie, waren een hele reeks als pletsmoezen te benoemen voortekens te zien, die de uitslag van zo’n bekerpot lijken te bezegelen. Ten eerste was daar het ontbreken van de voorziene Rammstein in wiens plaats tactisch Theo van der Sluis tegenover mij plaats nam. In zentempo bracht hij zijn eerste Winawerzetten op het bord, wat mij deed besluiten om voor de verandering de lange notatiemethode toe te passen. Iets wat ik nooit doe, maar het dwingt je om leesbaarder te noteren en is tegelijk een manier om de verveling te bestrijden, die overigens nooit kwam.
Theo speelde na Dg4 g6 en zoals bekend, is daarmee is in principe het halve bord, alle zwarte velden, voor wit. Dat de witte dame daarna het beste naar f4 gaat en wit beter een zwart c4 niet moet toelaten om de witte lopers zo snel mogelijk te laten spreken, zoals Dik van der Pluijm ter plaatse wel wist, maar ik niet. Enfin, ik offerde volkomen misplaatst 2 pionnen om de zwarte dame te vangen, maar dat faalde jammerlijk. Theo ondertussen bleef zijn zentempo van ± 3 minuten per zet volhouden, waar ik meerdere malen een kwartier voor nodig had.
In hopeloze stand en forse tijdsachterstand biedt Theo nog remise aan, wat ik hooghartig weigerde - omdat de overige borden nog niet zo duidelijk leken, maakte ik mijzelf wijs. Bovendien was inmiddels Spaan gearriveerd, meestal een goed teken, want hij heeft een neus voor het bezoeken van te winnen wedstrijden. Maar deze avond dus niet. Ik bleef de illusie houden dat zolang mijn gevaarlijke lopers nog op bord stonden er wel een kans zou komen. Als je één scheepje achter je verbrandt, volgen de overige meestal snel en tenslotte verloor ik mijn hele vloot. Theo vond moeiteloos de beste zetten en won volkomen verdiend.

Michael Fung kwam een pion achter in de opening en leek met 2 lopers tegen 2 paarden wat compensatie te hebben. Dat viel behoorlijk tegen totdat David Mesman ergens niet de handigste afruil deed, want in het late toreneindspel stond er ineens een levensgevaarlijke pluspion op e7 (1-1).
Alek had ook geen beste opening, maar kwam later op een nog druk bord wel beter te staan. In de beslissende fase verwisselde hij echter de zetten van een kleine combinatie, die op zich winnend was, maar nu keerde John Onderdelinden de uitslag om.

Lang zag het ernaar uit dat Leo ervoor zou zorgen dat er nog gevluggerd kon worden. Een eindspel met alleen maar torens, dames en ieder 6 pionnen was zo op het oog heel voordelig voor Leo, want René de Lange had zijn torens wat ongelukkig op e2 en a2 staan om pion b2 te dekken, waar het de hele partij om leek te gaan. Daarnaast stonden Leo’s stukken veel centraler, open d-lijn in bezit, pion f2 een potentieel doelwit en ook kon er nog een aanval over vrije 1e rij en halfopen h-lijn op wits koning gedreigd worden. Om dit alles met elkaar te combineren was geen eenvoudige klus en met rustige zetten als g6 om eerst zijn koning veiliger te zetten en tegelijk h5 voor te bereiden, leek dat wel te gaan lukken. Leo stuurde echter aan op dameruil en belandde pardoes in een nadelig toreneindspel, waarin Leo de zwakkere pionnen had. De aangeboden remise kon nauwelijks geweigerd worden.

De strafexpeditie werd waargenomen door de arme Spaan, die in de vrieskou terug naar huis moest fietsen. Bekers worden alleen gewonnen in 5 finales, dat is wel een les voor volgend seizoen. (Koots Keet)

   Shah Mata                 1872 - RSR Ivoren Toren          1908 2½ - 1½
1. Theo van der Sluis      z 1820 - Herman Keetbaas         w 1916 1  - 0
2. René de Lange           w 1939 - Leo de Jager            z 1850 ½  - ½
3. David Mesman            z 1868 - Michael Fung            w 1912 0  - 1
4. John Onderdelinden      w 1861 - Alek Dabrowski          z 1956 1  - 0